rekenen in het Engels

Even iets anders… rekenen in het Engels

Even een geheugensteuntje voor de breuken, symbolen en sommen in het Engels. Weet je nog hoe het moet, rekenen in het Engels? Leer ze uit je hoofd, dan heb je ze volgende keer tijdens een gesprek paraat. Succes!

Rekenen in het Engels

Breuken

1/8 one eighth
1/5 one fifth
1/4 one quarter
3/4 three quarters
1/3 one third
2/3 two thirds
1/2 one half

Symbolen

+ plus (and)
– minus (take away)
x multiplied by (times)
÷ divided by
= equals (is)
. point
% percent

1 + 6 – 2 x 2 ÷ 2.5 = 4

One plus six minus two multiplied by two divided by two point five equals four

10% 100 = 10

Ten percent of one hundred equals ten

In het Engels zeg je vaak ‘a’ in plaats van ‘one’

Bijvoobeeld bij 100 of 1/2 – ‘A hundred’ of ‘a half’

Dozijn

Ook in het Engels gebruik je het woord dozijn. Bijvoorbeeld:
12 eieren = ‘A dozen eggs’
6 eieren = ‘half a dozen eggs’